Johan Geerts schrijft over Forgetting De Monte

Johan Geerts over het online De Monte concert van Graindelavoix:

Philippus de Monte.

Persoonlijk heb ik veel te danken aan deze Mechelaar want toen ik in 1998 eraan dacht om ‘eens een groter polyfoon werk’ uit te voeren, gritste ik als vanzelfsprekend naar het verzameld werk van de Fluppe, lang daarvoor gekocht in muziekhandel Praetorius bij Erik. En mijn oog viel op de zesstemmige mis ‘Missa Si Ambulavero’.

Ik zette me aan een zoektocht naar geschikte zangers, ensemble Polyfoon werd opgericht, de rest is geschiedenis.

De Monte was een echte 16de-eeuwer. Hij trok zowat heel Europa rond om te zingen, te componeren en les te geven. Zijn reis eindigde in Praag waar hij in 1603 stierf.

Terwijl in Antwerpen dit weekend het achtentwintigste – dit keer naar eigen zeggen hybride - Laus Polyphoniae-festival van start is gegaan, luisterde ik gisterenavond naar de concertfilm ‘forgetting De Monte/De Monte vergeten. Terwijl op datzelfde Antwerpse festival naar aloude traditie gekozen wordt voor geëffende paden (ik behoed me voor het begrip ‘platgetreden’ want dat is het nooit met polyfonie), koos men in het voorjaar op het Festival van Vlaanderen/Mechelen – Lunalia om een iets uitdagender programma in elkaar te puzzelen. Terwijl men in Antwerpen Josquin Desprez vergelijkt met Sting en Elton John in concerten gebracht door Huelgas ensemble, Blue Heron, Stile Antico, Cappela Pratensis en Vox Luminis, liet men in Mechelen o.a. Graindelavoix met Björn Schmelzer los op de ambigue figuur de Monte.

Ook eerder dit weekend werd de concertfilm met inleiding van Björn online geplaatst. Gisterenavond heb ik gekeken/geluisterd. Op het programma een ruime greep uit het diverse oeuvre van Philippus: madrigalen, missen en motetten. Alles gekruid met de typische  heerlijke graindelavoix/Schmelzer benadering. Zo kreeg elk werk een eigen karakter. Een eigen kleur. Een eigen leven. Voeg daarbij de geniale enscenering en de al even eigenzinnige regie en ik zonk weg in de onpeilbare zaligheid van de settimo cielo.

De Monte is volgens Schmelzer heel zijn carrière op zoek geweest, ontevreden over zichzelf en over de ‘wereld om zich heen’, … de Monte is een componist die niet sprankelt zoals bijvoorbeeld Josquin.

De Monte als een Nietzschiaanse Zarathustra.

En als ik bij mezelf te rade ga moet ik bekennen dat ik zelden of nooit luister naar opnames met muziek van de Monte. Zijn muziek getuigt inderdaad van een bepaalde ambiguïteit: je hoort er stijlkenmerken in van vroegere polyfonisten, dan weer bemerk je zweempjes ‘van wat komen gaat’.

Ik kies met opzet voor het begrip ‘ambigu’. Enerzijds omdat Björn Schmelzer in de zoektocht naar zijn interpretatie van de polyfonie niet gelooft dat de eerste uitvoering van een werk de meest authentieke is en dat door de ‘open notatie’ de componist genoeg ruimte overlaat om zijn ‘voorstel’ te verwezenlijken. Schmelzer noemt zichzelf een modernist terwijl hij zegt dat de ‘oude muziek-scène’ van nu ‘culturalistisch en historicistisch’ wil zijn. Hij is meer voor een antropologische en singuliere benadering.

‘Geen Athena zonder Medusa’.

Anderzijds hoeft ambiguïteit niet steeds begrepen te worden als een soort van zwakheid, vind ik. Ambiguïteit houdt ook intrinsiek een kracht in zich, een poging om niet altijd meteen een keuze te moeten maken tussen links of rechts, voor of tegen, vriend of vijand, … enz. enz.

Dat voel ik telkens als ik me laat onderdompelen in een Graindelavoix-project. Ik laat het inwerken op mijn ziel die doordrongen is van jaren en jaren actief en passief bezig te zijn met polyfonie met als go-between een koppel oren dat gevormd is door het Huelgas ensemble, door The Tallis Schollars, The Sixteen, Capilla Flamenca, … Dan is het fijn om bijvoorbeeld terug opnames van Marcel Pérès te beluisteren, om Björn aan het woord te horen.

De fenomenologische benadering van de polyfonie, zeg maar. Want is de fenomenologie niet de filosofie van de ambiguïteit en hield bijvoorbeeld Simone de Beauvoir geen pleidooi voor een moraal van de dubbelzinnigheid?

Ik hou van de generositeit van de Graindelavoix-uitvoeringen.

Het zet – meer dan die geëffende paden – mensen op weg tot nadenken. En wat moet een mens al anders doen op een zondagochtend in de Auvergne.